Landbouwers die hun producten afzetten via korte keten kampen allen met hetzelfde probleem: de hoge kost van logistiek en transport, zowel op vlak van tijdsinvestering als van financiële investering. De producenten leveren vaak op dezelfde plaatsen en tijdstippen. Door zowel de logistiek als het transport van de producenten te centraliseren in een gemeenschappelijk bestel-, pick-up-, en leversysteem, kunnen de kosten en tijdsinvesteringen van iedere individuele producent verminderd worden, wordt het totaal aantal voedselkilometers drastisch beperkt en kan het aantal afzetpunten verhoogd worden.
De operationele groep brengt in dit voorbereidingstraject de belangrijkste spelers in de Oost-Vlaamse korte keten samen om na te gaan of er interesse is om een project aan te vragen rond Oost-Vlaamse gecentraliseerde logistiek en transport in korte keten. Door aan te haken op een centraal en transparant systeem kunnen landbouwers meer vervoeren in minder tijd, worden ze ondersteund op vlak van voedselveiligheid en andere wetgeving en wordt de afzet financieel beter en uniform geregeld, wat hen veel inspanningen en stress bespaart.
Het EIP- Samenwerking voorbereidingsproject wil in de eerste plaats onderzoeken hoe de duurzaamheid van korte keten kan behouden en verbeterd worden. De operationele groep onderzoekt hoe door het beperken van de voedselkilometers, de rendabiliteit en de betaalbaarheid van het korte keten transport kunnen verhogen met het oog op het garanderen, bestendigen en versterken van de korte keten afzet van de deelnemende boeren. Meer producenten moeten toegang krijgen tot het systeem, waardoor een korte keten verkoop voor hen haalbaar en rendabel wordt. Door een efficiënter transportsysteem kunnen nieuwe markten bereikt worden, waardoor nieuwe consumenten worden gestimuleerd om te kopen van lokale producenten uit hun regio.
Er zijn drie deelaspecten die aan bod komen in de projectaanpak. In een eerste voorbereidende fase worden de verschillende korte keten transporten in Oost-Vlaanderen en de daaraan verbonden kosten in kaart gebracht. Daarnaast wordt nagegaan of er bij de verschillende producenten, landbouwers of organisaties interesse is in een centraal georganiseerd transport. Wat zijn de voorwaarden, voordelen, drempels,... om deel te nemen? Er wordt gepolst naar de interesse van de Oost-Vlaamse centrumsteden om daar een (actieve) rol in te spelen. In een eerste model worden de bevindingen van de voorbereidende fase in kleine clusters getoetst aan de praktijk. Als logistiek en transport in deze clusters uitgewerkt zijn, kan het systeem worden uitgebreid en opgeschaald en kunnen nieuwe regio’s aangeboord worden.
België
Project partners:
6 landbouwers, Steunpunt Korte Keten, Voedselteams, Linked.farm, vzw Boeren Vanier