Monitoring bij hulpbehoeftige cliënten in de thuiszorg

Programmaperiode
PDPO II-projecten ('07-'13)
Thema
Intermediaire dienstverlening
Provincie
Vlaams-Brabant
Assen
As 3
Beginjaar
2011
Projectkost
€172.246,00
Promotor
Thuiszorgcentrum van CM (Christelijke Mutualiteit) Leuven
Periode
-
Situering

Het project beoogt bij ernstig  zorgbehoevende ouderen met een een beperkt sociaal netwerk waarvan de mantelzorgers moeilijk bereikbaar zijn voor de gebruiker op het platteland het volgende aan te bieden: 

  • monitoring (opvolging op afstand met automatische gedragsmonitoring)) van de thuissituatie mogelijk  maken door inzet van moderne (o.a. sensoren)technologie (detectiesystemen en alarmcentrale), ingebed in een netwerk van professionele thuiszorgactoren die op basis van deze nieuwe gegevens een bijbehorende dienstverlening kunnen aanbieden.
  • een signaalfunctie te creëren in de thuiszorg met als doelstelling dat vroegtijdige nodendetectie wordt gerealiseerd en er op deze noden tijdig kan worden ingespeeld met de hulp van de gegevens van monitoring.
  • De gemoedsrust en het veiligheidsgevoel te verhogen, zowel van de ouderen als van de mantelzorg

Vele hulpbehoeftige inwoners van de regio wensen ondanks hun geringe zelfredzaamheid (dementie, ernstige chronische ziektes) thuis te blijven. Een groep inwoners van deze regio heeft echter geen of beperkt sociaal netwerk. Dankzij het monitoren kan deze groep personen een langere thuiszorg gegarandeerd worden. Dankzij de monitoring kan de kwetsbare cliënt langer en vooral veiliger thuis kunnen blijven wonen.

Dit project is een pilootproject met een sterk innovatief karakter dat noden die nu en in de toekomst zich (zullen) manifesteren, een antwoord willen  geven.  De promotor en de co-promotor wensen dankzij de leer- en proeffase dit aanbod verder te continueren voor de beschreven doelgroep.

Concreet:

  • Er wordt een doelgroep van personen geselecteerd in het afgebakend gebied die beantwoordt aan enkele specifieke noden zoals: beperkte zelfredzaamheid, geen of beperkt sociaal netwerk, mantelzorgers die moeilijk of niet bereikbaar zijn, nood aan monitoring, enz. De cliënten worden geselecteerd met de hulp van de volgende partners: Maatschappelijk werk CM, Wit-Gele Kruis, Familiehulp en Landelijke Thuiszorg en OCMW’s.
  • De geselecteerde doelgroep van cliënten zal kunnen gebruik maken van het  hoogtechnologische monitoringstoestel van Tunstall .   Met de plaatsing van de sensoren en het monitoringstoestel (incluis de software voor datatransfer) kan men het gedrag van de kwetsbare cliënt volgen én vroegtijdig reageren om risicovolle situaties te vermijden.
  • Het monitoringtoestel zal permanent en van op afstand levensechte situaties en veranderingen van levenstijl van de gebruiker monitoren, met als doel de risico’s te beperken die gepaard gaan met het zelfstandig wonen.
    Er worden intelligente sensoren geplaatst in de woning van de gebruiker om  risico’s te ondervangen:
  • Risico’s met betrekking tot de gebruiker:
    De Tunstall valdetector, die om het middel van de gebruiker wordt gedragen, is in staat een val te

indentificeren en onmiddellijk een alarmoproep te verzenden naar de meldcentrale. De detector kan ook handmatig worden geactiveerd door middel van de geïntegreerde trigger. Hoogbejaarden hebben een veel grotere kans tot vallen en het is belangrijk dat de persoon snel kan geholpen worden.
*De Tunstall bedmatsensor waarschuwt de meldcentrale of toegewezen contactpersoon, wanneer de gebruiker zijn bed heeft verlaten en niet binnen een voorafingestelde periode terugkeert. Dit zou op een val kunnen duiden.
De bedmatsensor kan zo worden geprogrammeerd dat de lichten op de weg naar de badkamer aangaan, wanneer de gebruiker uit het bed stapt. Zo vindt men beter de weg en wordt de kans op een val verkleind.

  • Risico’s met betrekking tot de woning:
    Risico’s met betrekking tot de woonomgeving kunnen gemonitord worden met behulp van de volgende Monitoringsensoren: Rookmelder, gasdetector, gasafsluitklep en temperatuursensor.
    Deuralarm: Met een kastje bij de voordeur wordt met één druk op de knop een spreek-luisterverbinding naar de meldcentrale gestuurd. Als de deurbel gaat en de gebruiker vertrouwt het niet, drukt hij/zij op de knop. Er kan ook een stille oproep gedaan worden.
  • Het monitoringtoestel kan gebruikt worden als waarschuwingssysteem dat gedetailleerde informatie geeft over de dagelijkse activiteiten van de gebruiker. Vele ongelukken en incidenten kunnen voorkomen worden door een juiste inschatting van het risico en het zoeken naar signalen in een vroeg stadium, zodat de gepaste acties kunnen worden ondernomen:
  • Mensen met dementie (dementia): kunnen niet steeds zelfstandig een alarm (vallen, brand,…) inschakelen. Met het hoogtechnologische hulpaanbod zijn we in staat om een passief alarm in te schakelen. Deze technologie zal (op basis van de gegenereerde gegevens) de alarmcentrale verwittigen dat er een acuut probleem is.

    Voor mensen met dementie die de neiging hebben om te dwalen, biedt het monitoringsssysteem een dwaaldetectiesensor aan. Deze stuurt een alarmoproep naar de meldcentrale of de contactpersoon, wanneer de gebruiker zijn huis heeft verlaten en niet is teruggekeerd binnen een vooraf afgesproken periode.

    Risico’s met betrekking tot de woning (zie punt 1) kunnen gemonitord worden met een assortiment aan sensoren. Deze zullen dan een automatische alarmoproep maken naar de meldcentrale.
  • ADLifemonitoring: Door het verzamelen van de dagdagelijkse gegevens over de activiteiten van de cliënt, kan de coördinator van het project een overleg organiseren om een aangepast hulpaanbod te geven wanneer uit de gegevens blijkt dat de gebruiker onvoldoende ondersteund is.
    Het ADLifepakket bestaat uit een monitoringtoestel, in combinatie met een stroomsensor, een bedsensor, een aantal draadloze bewegingmelders en een draadloos magneetcontact. Het monitortoestel stuurt de ontvangen sensordata via de telefoon naar een centrale computer. Deze analyseert de data, zet ze om in grafieken en bepaald de ADL. Opvallende wijzigingen in de dagelijkse structuur worden zo eenvoudig zichtbaar.
    Deze vorm van monitoring is gericht op het in een vroeg stadium signaleren van veranderingen in het dagelijks functioneren. De techniek meet ongemerkt algemene dagelijkse werkzaamheden, zoals wassen, aankleden, koken,…
    Hierdoor kunnen we veranderingen in deze dagdagelijkse patronen gaan signaleren. Hierdoor kan de hulp bijgestuurd worden en op die manier de thuiszorg verlengd worden.
  • Tijdens het project wordt er bestudeerd op welke wijze men omgaat met de verworven gegevens, verzameld door het monitoringtoestel en op welke wijze de professionelen of diensten ingeschakeld kunnen worden. Het Thuiszorgcentrum zal de gegevens analyseren en de nodige stappen ondernemen om in samenwerking met het professionele netwerk  een gepast hulpaanbod voor te stellen.

Het project wordt bekend gemaakt via het netwerk van organisaties die thuishulp aanbieden (diensten gezinshulp, verpleeghulp, huisartsen, maatschappelijk werk, OCMW’s, enz). Er worden ook gerichte mailings georganiseerd. Er zal ook een publicatie gebeuren in Visie.

Elke aanvraag zal individueel onderzocht worden. Er zal telkens  minstens één huisbezoek gedaan worden i.f.v. de screening en om een hulpaanbod op maat aan te bieden aan elke individuele gebruiker.

Na onderzoek blijkt dat de enige leverancier die dergelijke producten kan aanleveren, Tunstall is.
Tunstall is wereldwijd marktleider in geavanceerde Telehealthcare oplossingen. Zij zijn de enige die producten aanbieden zoals ADLifemonitoring en Dementia waarmee men gegevens kan genereren van het dagdagelijkse leven van de hulpbehoeftige persoon zodat de noden en behoeftes kunnen herkend worden.

Sturing:

Er wordt een werkgroep opgestart die op regelmatige tijdstippen zal samenkomen om de stand van zaken te bespreken. Deze werkgroep zal bestaan uit de promotor, copromotor en partners.

Communicatie:

  • de coördinator gaat op huisbezoek en selecteert de geschikte cliënten. De coördinator maakt de diensten bekend aan de potentiële gebruikers en hulpverleners in de regio.
  • de coördinator zit regelmatig samen met het Wit-Gele Kruis i.f.v. de begeleiding en sturing meldcentrale
  • de coördinator brengt op regelmatige tijdstippen verslag uit bij de werkgroep
  • de coördinator organiseert vorming(en)
  • de coördinator heeft contact met de technieker (plaatsing toestellen)
  • de coördinator zal al de lopende vragen en problemen begeleiden en opvangen
  • de coördinator zal aan de  pers het project bekend maken
  • de coördinator kan gebruik maken van de overlegmogelijkheden (vzw Goal) om de betrokken hulpverleners, de mantelzorgers en de gebruikers de kans te geven het hulpaanbod op elkaar af te stemmen

 

Registratie:

  • de coördinator verzameld de gegevens en komt zo tot een profiel van de cliënt, kan de effecten meten, kan de efficiënte definiëren,enz. .
  • Wit-Gele Kruis bemant de alarmcentrale en registreert de oproepen en voor welke oproepen welk soort van antwoord gegeven wordt .
Doelstellingen

Het project speelt in eerste instantie in op de toenemende mate van zorgbehoefte en sociaal isolement van bejaarden, hoogbejaarden en zorgbehoevenden in de thuiszorg. Door de vergrijzing en de verzilvering, de verkorte ligduur in de ziekenhuizen, de stijgende rustoordprijzen en de toenemende mogelijkheden op medisch vlak, wordt onze maatschappij geconfronteerd met een groeiende groep (hoog)bejaarden die met een steeds zwaardere zorgbehoefte verblijven in het thuismilieu. Door de gezinsverdunning, de positie van de vrouw op de arbeidsmarkt en de gestegen mobiliteit is de beschikbare mantelzorg om voor deze zorgen in te

staan sterk afgekalfd. Een zekere mate van individualisme in de samenleving maakt bovendien dat sociaal isolement voor velen een reëel risico is. Wij willen dan ook inspelen op dit veranderende voorzieningenniveau met bijzondere aandacht voor een zeer kwetsbare groep, namelijk de ouderen.

In de regio As 3 zijn er indicaties voor een grote zorgbehoevendheid van een grote groep ouderen. Met de leeftijd stijgt ook de nood aan opvang en zorg. Deze groeiende groep zorgbehoevenden moet dus voor heel wat taken professioneel ondersteund worden. Echter, binnen de provincie Vlaams Brabant is er een duidelijke structurele, regionale achterstand van voorzieningen in de welzijnssector. Er dreigt een discrepantie tussen de omvang van de groep zorgbehoevenden en het beschikbaar potentieel dat in de thuiszorg tewerkgesteld kan worden.

Bovendien wensen deze geselecteerde groep hulpbehoeftige cliënten niet geplaatst te worden in een tehuis. Zij wensen ondanks hun beperkte zelfredzaamheid verder thuis verzorgd te worden. De mantelzorgers maken zich grote zorgen dat hun hulpbehoeftig familielid onvoldoende kan opgevolgd worden.  De inschakeling van technologische hulpmiddelen is mogelijks een oplossing om bepaalde mate van opvolging van de thuissituatie op afstand te doen. Dit is uitdrukkelijk ondersteunend en niet vervangend ten opzicht van de professionele diensten.

Het project speelt bovendien in op een aantal behoeften die eigen zijn aan de afgebakende regio:

De bevolkingscijfers tonen een oudere bevolking in de regio. Een groot deel van deze oudere bevolking in de regio woont thuis en wenst thuis te blijven ondanks hun grote zorgbehoeftigheid. In deze regio ontbreken vaak belangrijke economische, sociale en culturele voorzieningen.  De regio is bovendien dunbevolkt in vergelijking met het hoofdstedelijk gebied. Dit belemmert het sociaal contact en de sociale controle, wat een problematische thuiszorg in de hand werkt. Er is een duidelijke en structurele en regionale achterstand van voorzieningen in de welzijnssector in de regio. Uit de gegevens van de sociale kaart blijkt dat het regiogebied (in vergelijking van de stad Leuven) onvoldoende thuiszorgondersteunende diensten ter beschikking heeft.
Met dit project willen we meewerken aan het versterken van de leefbaarheid in de regio, door het ontwikkelen en aanbieden van basisvoorzieningen op maat, in specifieke situaties naar de doelgroep ouderen toe.

Het is voor mantelzorgers van hulpbehoeftige cliënten vaak moeilijk of niet haalbaar om hun familielid op te volgen gezien zij genoodzaakt zijn geweest zich te vestigen in een stedelijke regio omwille van de arbeidskansen of andere sociale redenen.

Als algemene doelstelling beoogt het project bij zorgbehoevende ouderen de cliënt te monitoren op verscheidene terreinen. Er zal telkens een intakegesprek gebeuren waarin we aftoetsen welke mogelijkheden (die de hoogtechnologische producten  aanbieden) relevant zijn voor de specifieke cliënt. We bieden elke cliënt op zijn maat de gepaste monitoring aan.
De inzet van deze moderne technologie kan:

  • Het veiligheidsgevoel verhogen van zowel de gebruiker als de mantelzorger door risico’s met betrekking tot de woning (brand, gas,…) en de gebruiker (medicatiegebruik, dwalen,…) te beperken. (zie 2.2)
  • Via het Tunstallpakket Dementie oplossingen bieden om mensen met dementie om zo lang mogelijk zelfstandig thuis te laten wonen en op een veilige manier. Dankzij de monitoring kan risicovol gedrag in de thuissituatie  vermeden worden. Het uitblijven van dergelijke calamiteiten vormt een bevstiging voor de clIênt dat deze het in de huidige situatie goed doet. (zie 2.2)
  • De mantelzorger kan op afstand toezicht houden.
  • De professionele zorgverlener kan toezicht houden op afstand op het welbevinden van de cliënt.Men krijgt meer en actuelere informatie over het functioneren van de cliënt in zijn woonomgeving.
  • Via het Tunstallpakket ADlife in een vroeg stadium veranderingen signaleren in het dagelijkse functioneren van de gebruiker. Hierdoor kan de hulp vroegtijdig bijgestuurd worden en de thuiszorg verlengd worden. (zie 2.2)

De verwachte effecten/resultaten zijn:

  • Het versterken van de leefbaarheid in plattelandskernen voor ouderen. Met dit aanbod wenst men iedere thuiszorggebruiker die ernstig hulpbehoeftig is, een beperkt sociaal netwerkondersteuning, heeft en waar de mantelzorgers niet kortbij de cliënt woont een langere thuiszorg aan te bieden.
  • De thuiszorg langer in stand kunnen houden. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat 95 % van de inwoners in Vlaanderen wenst thuis te verblijven ondanks hun grote hulpbehoeftigheid.
  • Er wordt een verbetering van de thuiszorg of een verhoging van het comfort voor de deelnemende ouderen en hun mantelzorgers nagestreefd.
  • De technologische hulpmiddelen  worden gratis ter beschikking gesteld aan de cliënt.
  • De inzet van de technologie gebeurt op maat van de gebruiker en kan dus variëren.
  • Opvolging van de deelnemende ouderen en toeleiding naar ontbrekende diensten in de thuiszorg.
  • In het project zijn risicocliënten en ouderen met een verhoogde nood aan monitoring opgenomen.
Uitvoering

Thuiszorgcentrum van CM  (Christelijke Mutualiteit) Leuven

Adres

Vlaams-Brabant
België

Bert Van der Stappen

3010 Kessel-Lo
België

Delen: